dinsdag 3 september 2013

Optimalisering

Soms komen we op onze reis manieren-van-doen tegen die we niet handig vinden. Dan gaan we ons hardop zitten afvragen waarom ze zo gedaan worden, en hoe het handiger zou kunnen. Drie keer lopen met een dienblad met 1 kopje. Koffers op je schouders dragen terwijl je ze ook kunt rollen. Een vuilniswagen met een open bovenkant, zodat alle vuil weer wegwaait zodra die wegrijdt. Iemand in dienst hebben die de deur voor je open doet, en die dus wakker moet worden als je laat thuis komt. Is een sleutel meenemen niet handiger? Om over het vijf-keer-per-dag bidden nog maar te zwijgen.

Het is verleidelijk om te concluderen dat handigheid dus kennelijk niet belangrijk is hier. Bidden is sowieso niet erg efficiënt, zeker niet vijf keer per dag, maar het heeft wel degelijk een functie. Ik ben de eerste om te roepen dat het leven om meer draait dan optimalisering.

Maar - pieker, pieker, sorry academicus - dan kom je weer veel te makkelijk in die simplificatie van het oriëntalisme (jawel, daar is ie weer) terecht. Het Oosten is van de kunst en de creativiteit, het Westen van de technologie en de efficiëncy. Het is vast een beetje waar, maar het is ook weer helemaal niet waar.

In ontwikkelingslanden, ook Indonesië, wordt ontzettend geoptimaliseerd. Busjes voor openbaar vervoer rijden niet weg voor ze vol zitten. Daar duurt je reis misschien wat langer van, maar hij wordt ook goedkoper. Brommers, auto's, kleding, en huishoudelijke apparaten worden eindeloos gerepareerd voor ze weggegooid worden. Soms komt bij die verlenging van levensduur uitbuiting kijken: mensen, paarden, karbouwen en vrachtwagens worden zo vol geladen dat ze niet zelden bezwijken met alle gevolgen van dien. Daar zouden multinationals in 'het Westen' nog een lesje uit kunnen trekken.

Maar het mooiste van de ontwikkelingslandenoptimalisering is het "van niets iets maken". Een stok met twee wieltjes en een vogelveertje erop. Meer heb je niet nodig om een kind uren zoet houden.  Het mooiste voorbeeld op Sumatra vind ik de betor (BEcak-moTOR), ook nog eens een toonbeeld van multifunctionaliteit. Eigenlijk is het gewoon een brommer waarbij iemand een goed idee had: een plateautje naast de brommer met een derde wiel eronder. Met dat plateautje kun je een hoop doen: vrachtjes vervoeren, mensen, reclame- en propagandaborden, of zelfs hele winkels! We hebben al een hele speelgoedwinkel op zo'n ding zien langszoeven. Met alleen maar plastic wegwerpspeelgoed - dat dan weer wel.
Ook een winkel, maar geen speelgoedwinkel

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

SARS‑CoV‑2 revisits

Poef! Twee dieppaarse streepjes op mijn SARS‑CoV‑2-zelftest. Dat was even schrikken.  Niet dat ik me onkwetsbaar had gewaand, met - welgetel...