dinsdag 5 augustus 2025

Loslaten

In Kupang, meer dan 3.000 km van Nias, zijn er veel dingen heel erg fijn: ik heb een heel huis voor mezelf omdat de eigenaar (die ik vorig jaar ontmoette) in Jakarta is en ik er toch mocht logeren. Grote tuin, gastenverblijven, volledig geëquipeerde keuken, goed gevulde koelkast, dakterrassen (meervoud), en zonnepanelen op het dak. Ik kan met het raam open slapen, met uitzicht op de bomen en de bloemen, en zonder inkijk. Ik hoef geen rot-airco aan, en geniet van de geluidloos, traag wiekende ven aan het plafond van mijn slaapkamer. 

Ik loop weer binnen bij de marxistische pesantren, de NGO IRGSC, van mijn intussen goede vriend Elcid, waar telkens weer nieuwe interessante mensen in en uit lopen, een hapje meeëten, waarbij de ene discussie in de andere overloopt, en studenten mekaar helpen met deadlines. Als we een beetje gaar worden van dat getuur in de computer gaan we een beetje poetsen en schoonmaken in het stoffige kantoor waar alle jaargangen van de kwaliteitskranten die Elcid over tientallen jaren verzameld heeft, verplaatst en gedigitaliseerd gaan worden. 

Ik leun in die fijne ervaringen, het briesje van de zee door de voordeur, de lekkere vis bij de lunch, maar ik balanceer wel op het randje. Mijn lichaam beslist nu mee over of ik iets wil of niet. Voor ik ziek werd, zat ik gewoon zonder helm achterop de brommer en verloor ik me in het langsrijden langs verlichte winkeltjes in de vroege avond. Alles moest wijken voor de herinneringen die ik aan het maken was. Nu doe ik dat ook, op zo'n zelfde brommer, en geniet er heus van, maar ik denk ook: Pfoe, ik ben wel moe. 

Het manifesteert zich vooral in taal. Als ik moe ben, is mijn Indonesisch het eerste wat verdwijnt. Dan kan ik niet meer meedoen. Of liever: ik wil dan gewoon in mijn zowel-binnen-als-buiten-hoedanigheid met rust gelaten worden, omdat het zoveel inspanning vergt een gewone conversatie te volgen en te voeren (in weer een heel erg ander taalgebruik dan op Java en Nias - die eenheidstaal is voor een deel ook slechts theoretisch).

Maar met rust gelaten word je in dit land nooit, maar dan ook helemaal nooit. Altijd wordt er een antwoord van me verwacht, een reactie, een vorm van betrokkenheid. En wat belangrijker is: ik laat me daar ook steeds weer toe verleiden. Ik kan mijn grenzen niet goed aangeven erin, want het liefste word ik bij alles, maar dan ook alles, betrokken. Alles is leuk en interessant: een discussie over biodiversiteit op Timor, en over de theologie van Petrus en Paulus. Maar ik kan het niet écht volgen, alleen maar een beetje. Ik ben gehandicapt.

Vorig jaar liet ik me daar niet door frustreren - of ik ben de frustratie weer vergeten, dat kan ook. Ik blogde niet, toen. Maar ik was toen gewend aan een leven met beperkingen. Ik kon zoveel minder dan ik nu kan. Ik zat nog aan de medicijnen, om het allemaal te reguleren. En ik zat zonder het te weten ook nog met die kapotte heup, die echt veel pijn deed.

Nu laat ik me er wel door ontregelen. Ik heb dat hele huis in een prachtige buitenwijk van Kupang voor mezelf. Ik heb personeel dat voor me knipscheert en al mijn bordjes afwast en mijn onderbroeken wast. Maar als ze een hele middag 85 keer hetzelfde TikTok-filmpje zitten af te spelen, dan ben ik totaal doorgedraaid. En ik ga er niks van zeggen. Nee, echt niet. Ze knipscheren al genoeg voor me. 

Dus ik moet mijn eigen vormen van regulering vinden. Ik hoef niet met alle zintuiglijke indrukken die ik binnenkrijg iets te doen, dus ik hoef ze ook niet allemaal te beheersen. Ook als er 85 keer hetzelfde TikTok-dansje uit een telefoon kraakt dan ben ik veilig. En ik mag het mezelf gunnen een cultural shock te hebben na al dat gereis en een maand in Java zo'n 1500km verderop. Zo'n shock trekt vanzelf weer bij, maar hij is er wel, en hij mag er zijn.

Dus daar leun ik in, en vandaag ging het al beter dan gisteren. Dat ging denk ik vanzelf - juist omdat ik er niet echt iets voor heb gedaan, kan het loslaten plaatsvinden. Zo'n beetje.  


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Expressie

Ik moet mezelf er af en toe aan herinneren hoe nuttig ik mezelf hier in Kupang de afgelopen dagen heb gemaakt. Ik had hier veel langer wille...