maandag 25 juli 2022

Ramai

Mas Tri heeft de biawak gevangen. 


Hij was tóch geen anderhalve meter, maar toch zeker wel één meter... nnnnDus. Gelukkig hebben ze hem niet doodgemaakt, maar enkele kilometers verderop uitgezet in de rijstvelden. Transmigrasi, zei mijn moeder ironisch, daarmee verwijzend naar het beleid van Nederlanders én van de Orde Baru dictatuur (1965-1998) van president Suharto waarbij zo'n anderhalf miljoen mensen (veelal Javanen) naar andere delen van Indonesië moesten verhuizen om zo bij te dragen aan de vorming van een eenheidsstaat. Een soort Indonesische russificatie, zeg maar.

Als de biawak zo slim is als wikipedia beweert, dan lukt het hem wel om zijn weg terug naar hier te vinden. Maar dan ben ik al vertrokken. Want ik ga over ongeveer 36 uur, woensdagmorgen heel vroeg, met de trein naar Surabaya, de stad van mijn vader. Ik ben er nog nooit geweest, dus ik ga er samen met Citra eens rondkijken voor we op het vliegtuig naar Kupang stappen, drie uur vliegen naar het oosten, waar ik werk te doen heb, en Citra ook. Na 5 dagen Kupang vlieg ik door naar Manila, voor nog meer werk. 

Nieuwe plekken, nieuwe ervaringen, maar zoals gewoonlijk wil ik helemaal niet weg. Maar ik heb al zo vaak geblogd over de moeilijkheid van het overgaan van de ene naar de andere plek, dat ik het nu eens anders aan ga pakken. Drie redenen waarom ik hier NOOIT zou willen wonen, ter geruststelling van al mijn vrienden in Nederland. 

1. Mijn voeten kunnen niet meer tegen de warmte. De rest van mijn lijf wel, maar mijn enkels lopen vol, als ik niet elke dag veel beweeg. Ik had het er jaren geleden al met mijn orthopaed over. Het is een gevolg van de heupoperaties: door het littekenweefsel wordt vocht minder goed afgevoerd in mijn benen (niet alleen bloed, ook lymfe), en als ik een hele dag in de auto heb gezeten dan staat de huid van mijn voeten helemaal strak en heb ik olifantenklompen. 

2. Blijven fietsen en wandelen dus - dat helpt enorm. Iedereen kijkt vol bewondering naar die grote Londo op een net iets te kleine fiets met een rood hoofd in de zon. "Sehat!" zeggen ze allemaal, wat betekent: "Gezond, hoor!", en het is vast gezonder dan op een brommer zitten, wat bijna iedereen hier doet. Ik werk me stevig in het zweet elke dag. Maar als ik boodschappen heb gedaan in de stad (10-15 km fietsen) dan heb ik waarschijnlijk ook het equivalent van een pakje zware shag gerookt. De uitstoot is hier verschrikkelijk: het fijnstof van verkeerd afgestelde automotoren, de vuurtjes in ieders achtertuin om huisvuil te verbranden, waarmee ook enorme hopen plastic worden verbrand, en niet te vergeten de vernietigende viezigheid van de suikerfabriek, nog uit de Nederlandse tijd, waar de chemicaliën van de raffinaderij (gewoon gedumpt in de goot langs de weg) je het ademen bijna onmogelijk maken als je langsfietst.

3. Maar de allerbelangrijkste reden om hier nooit te willen wonen zijn de moskeeën, en deze post is zeker niet bedoeld als een islamofobe aanklacht. Integendeel. In Nederland woon ik zo ongeveer naast een moskee en dat is prima. En als de moskee aan de overkant van de sawahs een kilometertje verderop in zijn eentje begint, dan denk ik: och wat is dat mooi, zo van ver. Maar enkele minuten later begint de rest en dan vergaat horen en zien je. De overkill aan brullende imams, en - erger nog - de jongetjes die om het hardst "Allaaaaaaaahu Akbar" in de microfoon krijsen (zoals eerder opgemerkt: vrouwenstemmen zijn geheel en al afwezig in dit gehoorszintuiglijke geweld) heeft weinig te maken met de islam an sich, maar veel meer met de Indonesische voorliefde voor "ramai" - drukte. 

De antropoloog in mij wordt wakker - sorry hoor. Er zijn altijd zaken aan een andere cultuur die je maar niet kan begrijpen en die Indonesiërs ook niet van mij begrijpen. Dus ik zet mijn onbegrip even op papier. Het vermijden van stilte (sepi) en duisternis (gelap) uit zich in vele zaken, zoals bijvoorbeeld dat al mijn verstedelijkte, niet zeer (bij)gelovige Indonesische vrienden altijd met het licht aan slapen. Dat is soms lastig als je een hotelkamer wil delen. Hotelkamers kun je hier sowieso niet voor 1 persoon bestellen. Als ik op de Traveloka (de Indonesische booking.com) een hotel wil boeken voor twee personen in twee kamers, dan krijg ik twee kamers voor vier personen (2x2). Twee kamers voor twee personen (2x1) is gewoon geen optie. 

Mas Ali als hoteleigenaar weet daar gierende verhalen over te vertellen. Dat Indonesiërs altijd één kamer met een hele familie (inclusief opa's, oma's, ooms en tantes) afhuren. Lekker goedkoop en gezellig. Ze slapen met vier personen in het bed (past makkelijk) en de rest ligt met matjes op de grond. "Ik wil het niet hebben," zegt Mas Ali, "want als ze meerdere dagen blijven, kan ik de kamer niet schoonhouden", dus hij heeft allerlei oplossingen bedacht met gudangs (opslagkamertjes, strijkhokjes) bij de hoofdkamer met eenvoudige bedden erin, zodat mensen alsnog bij elkaar kunnen zijn en toch niet met zijn zevenen in één kamer gaan liggen. 

Palmer vertelde me dat hij meermalen werd uitgenodigd voor muziekuitvoeringen waar alle deelnemende muziekgroepen tegelijk gaan spelen. Keihard. Het is geen wedstrijd, iedereen zit gewoon in zijn eigen auditieve bubbel en trekt zich van de andere bubbel niets aan. Met die moskeeën lijkt dat ook zo te zijn. Maar ik word er helemaal gek van. Ik kan me niet afsluiten van het een om te concentreren op het ander. Misschien moet ik dat een beetje oefenen als ik hier ooit wat langer wil zijn dan 10 weken...

Maar Palmer zei het al: die voorliefde voor "ramai" (waar musicologen overigens al boeken over vol hebben geschreven) heeft wel tot een hoop prachtige muziekpraktijken geleid. Een ontzettend mooie herriemaker, bijvoorbeeld, is de windvaan die naast ons huis staat, en telkens als de wind aantrekt, gaat ie spelen en bewegen


en het melodietje dat hij voortbrengt deed me op dag 1 hier al denken aan het magnifieke nummer van Franse jazztrompettist Airelle Besson dat - heel toepasselijk - "Neige" heet en dat ik nu voor altijd met deze mooie plek aan de rand van de sawahs zal associëren:

1 opmerking:

  1. "There's too much noise" zei mijn Indiase zangleraar op zijn sterfbed. Met de toenemende wereldbevolking en de nog steeds heilige economische groei is herrie ook in het rustige Europe exponentieel toegenomen. Grasmaaiers, bladblazers, bouwputten, heipalen, heli's, airco's, ghetto blasters, motorfietsen, F1 circuits (jaja, ik woon op hoorafstand van Zandvoort). Maar dat is toch niets vergeleken bij het kabaal dat ze in Indonesië maken zul je zeggen. Dat dacht ik ook toen ik in India woonde. Wat is dit voor teringherrie? Maar na een paar maanden hoor je het niet meer, terwijl ik me er hier aan erger omdat het de stilte verbreekt. Alles went, en alles gaat voorbij.

    BeantwoordenVerwijderen

Grafkist

De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat er – zoals altijd – meerdere kanten zitten aan Barbara’s dekoloniseringssage waarvan ik er sommige tot ...