woensdag 28 augustus 2013

Napak tilas

Vandaag is het de laatste dag in Yogya. Morgen vliegen we door naar Medan, op Sumatra, een eiland waar ik nog nooit geweest ben. Dan zijn we echte toeristen en dan ga ik jullie tacky foto's sturen van mij op een olifant, of in innige omhelzing met een orang utan. En dan mogen jullie zelf uitpuzzelen wie wie is.

Dan komt er ook een eind aan de trip down memory lane, of zoals de Indonesiërs zeggen: napak tilas - het spoorzoeken. Dat vind ik eigenlijk mooier gezegd en ik herinner me dat het voor mijn vader in zijn laatste jaren steeds belangrijker werd: het nalaten van sporen, van iets dat je eigen (beperkte) aanwezigheid op deze aardbol overstijgt en blijft voortleven als je er zelf niet meer bent.

Gisteren bleek dat ie aardig in die missie is geslaagd. We waren opnieuw uitgenodigd door zijn oud-collega's en -studenten van de Fakultas Geografi van Gajah Mada. Dit keer in kleine kring, bij een van hen thuis. Het was een besloten personeelsbijeenkomst, maar ook een beetje speciaal voor ons, had ik het idee. Enorme hoeveelheden eten, allemaal netjes in een kringetje met een kopje thee, dat je vooral niet helemaal leeg moet drinken - ook al heb je dorst - anders geef je aan niet genoeg gehad te hebben. En eerst toespraken.
 
 
De decaan van de faculteit - ook een oud-promovendus van mijn vader - stelde alle nieuwe stafleden aan ons voor (veel vrouwen, zo benadrukte hij, want dat was belangrijk), daarna vertelde hij dat mijn vader altijd een brugfunctie had vervuld tussen de Nederlandse en de Indonesische partners in uitwisselingsprojecten, omdat hij Indonesische gevoeligheden begrijpt en snapt dat Indonesiërs soms "nee" bedoelen als ze "ja" zeggen, etc. Hij beschouwde mijn vader als een vader voor hemzelf en de Faculteit, zei hij. Dat was heel mooi om te horen.
 

Mijn moeder sprak ook (in het Indonesisch), en vertelde hoezeer mijn vader zich verbonden voelde met zowel de Nederlandse als de Javaanse cultuur.  Daarop boden we hen een hele zware historische atlas van Indonesië aan. Naast het aan het museum gedoneerde sigarendoosje, was de atlas ook iets wat mijn vader terug wilde geven.
We stonden daar allemaal in dat huis in een kring, wachtend tot we eindelijk mochten zitten en iets mochten drinken. En toen stelde iemand voor om voor mijn vader te bidden. Het was een heel indrukwekkend moment. Eén van zijn studenten ging voor en bad hardop in het Arabisch. Ik hield het maar weer met moeite droog.

En nagelaten sporen transformeren vaak weer in tastbare stappen. De oud-collega's van mijn vader hebben de afgelopen weken via-via contacten voor me gelegd met het ISI (Institut Seni Indonesia), de Hogeschool voor de Kunsten, waar behalve een dalang- en een gamelanopleiding ook musicologie en etnomusicologie worden gedoceerd. Vandaag ben ik wezen praten over mogelijke samenwerking. Leuke mensen, van mijn leeftijd, die van alles willen. Wie weet kan ik hier binnenkort op meer structurele basis weer terugkomen...
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Grafkist

De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat er – zoals altijd – meerdere kanten zitten aan Barbara’s dekoloniseringssage waarvan ik er sommige tot ...