In Nederland zijn we gewend risico's te minimaliseren met preventiemaatregelen. Dat is ontzettend nuttig: autogordels, brandmelders - het scheelt een hoop levens per jaar. Alleen met de fietshelmen wil het nog niet zo lukken.
In Indonesië doen ze dat ook steeds meer, en de situatie is heel anders dan toen ik er kwam als kind. De risico's die mijn ouders namen zouden ouders vandaag de dag niet meer nemen. Toch ben ik ze er dankbaar voor. Staand in de achterbak van een pick-up met fikse vaart door haarspeldbochten in de bergen. Met leeftijdsgenootjes uren door de sawahs dwalen met als enige begeleider een vriendelijke hond. Ik was toen een jaar of 9, misschien 10. Ik weet het nog omdat het zo leuk was. En ik denk dat ik nu vrij makkelijk in mijn eentje rondreis in landen als Zuid-Afrika en Indonesië omdat ik als negenjarige al ervoer dat ik dat dus kon. Maar ik heb natuurlijk ook altijd geluk gehad - ik ben tot nog toe door de risico's heen gezeild
In tegenstelling tot mijn jeugd zijn autogordels en brommerhelmen nu verplicht in Indonesië en er wordt stevig gehandhaafd. Maar er is een groot verschil tussen de steden en het platteland. In en om het kleine dorpje Hilisimaetanö op Nias rijdt niemand met een helm. En ik vind het heeeerlijk, zonder helm met wapperende haren op de brommer. Het geeft me net zo'n vrij gevoel als vroeger met mijn vriendinnetjes door de kampong banjeren. Ik kan opgaan in de omgeving.
Ik weet dat het gevaarlijk is. Dat ik - wellicht onnodige - risico's neem. Op provinciale wegen bereikten we soms snelheden tot 70 km/uur. Als er dan een geit onverwacht oversteekt of een steen op de weg ligt dan is het gebeurd. Einde verhaal zonder helm. Maar het is niet gebeurd.
De Indonesiërs die ik spreek denken niet in termen van het minimaliseren van risico's. Ze dragen een helm omdat ze anders een boete krijgen, niet omdat het veiliger is. In Yogya zie je brommerrijders netjes met een helm op. Vader rijdt, moeder zit achterop, beide met helm. De kindjes tussen hen in hebben geen helm op. Ik zie het zo vaak dat ik er niet eens meer van opkijk. In het kleine stadje Telukdalem op Nias zette Tilik, mijn gids, zijn helm op. In de stad is politie. Zodra we weer buiten de stad waren, zette hij hem weer af. Ik snap het wel. Zonder helm is het veel lekkerder in de warmte.
Ik schuif dus mee in dat negeren van risico's, altijd gedaan eigenlijk, als ik hier ben. Maar er zijn grenzen. Gisteren vroeg Grace, een van de tieners die het huishouden van mijn gastheer helpt runnen, of ik me niet stoorde aan het feit dat de gastank een beetje riekte. Nu ben ik verkouden, dus ik ruik niet goed, maar toen ze het zei dacht ik: "Verrek, het ruikt hier al een paar dagen een beetje gek."
Toen ik in Kupang aankwam heeft mijn gastheer heel attent vanuit Jakarta wat gas besteld zodat ik af en toe een omeletje kan bakken. Die gastank staat naast het fornuis in de keuken. Net als andere huizen in Indonesië is de grens tussen binnen en buiten fluïde. Als je alle ramen en deuren openzet dan waait het hier ook helemaal door. Geen airco nodig. Maar 's avonds doet het personeel netjes alle deuren en ramen dicht. Dan is binnen echt binnen.
Ook in Indonesië voegen ze - ter preventie - een luchtje toe aan het gas, maar het is een ander luchtje dan in Nederland. Ik had het niet herkend als een gaslucht. Toen ik beter ging opletten kon ik het lek in de gasleiding zelfs horen: een hele zachte sis.
Net als een boetevermijdende brommerhelmdrager had Grace me gevraagd of ik me niet stoorde aan de gaslucht. Het is de preventiemaatregel waaraan sommige Indonesiërs zich storen, niet het potentiële gevaar. Dus ik probeerde het haar uit te leggen in moeizaam Indonesisch. Ik kan intussen alle dimensies van koloniale geluidsarchieven in heel behoorlijke volzinnen uit mijn mond krijgen, maar hoe leg je uit dat de keuken een bom wordt, ontstoken door iets simpels als een lichtknopje, als je die tank laat lekken en 's avonds de ramen dichtdoet. Gelukkig is het woord bom in het Indonesisch hetzelfde als in het Nederlands...
We zetten alle ramen weer open en ik stelde voor om Bapak David (mijn gastheer) een berichtje te sturen. "Dat hoeft niet" zei Grace heel snel, en sloeg onmiddellijk aan het bellen. De huishoudster, die in Om (Oom) Davids afwezigheid het huishouden runt, kwam een uurtje later. Toen bleek dat die gastank helemaal niet in de keuken mocht staan van Om David. De gastank moet buiten staan, want er was al eerder gedoe mee geweest. Ik had drie dagen en vier nachten lang boven een potentiële bom liggen slapen.
Voor het eerst was ik directief. Ik weet niet zo goed hoe dat moet, bevelen uitdelen, en het brengt mensen van de huishouding de hele tijd in verwarring dat ik geen instructies geef, maar vragen stel. Of er misschien dit of dat mogelijk is. Dat is veel te onduidelijk, en het heeft niets met mijn beperkte taalvaardigheid te maken.
"De gastank moet ontkoppeld worden en gaat nú naar buiten," zei ik. Dat was volkomen duidelijk en het geschiedde zonder omhaal. Dan maar geen omeletjes. Om David weet nog van niks. Dat laat ik even zo.
Ach ach, die risico's... Het grootste risico in dit land, lieve lezertjes, gaat niet over gaslekken of rijden zonder helm/gordel. Dat gaat over luchtvervuiling, de ongelooflijke hoeveelheden fijnstof die mensen hier inademen, ik dus ook. Mijn ogen en luchtwegen zijn continu geïrriteerd door de eindeloze vuurtjes langs de weg waar mensen hun afval verbranden, inclusief plastic en deodorantflessen. In Yogya wordt het nu een beetje gereguleerd (met boetes), maar in Kupang nog niet. De dikke rook is overal.
Dat is eigenlijk het werkelijke gevaar. Ik sta daar een paar weken per jaar aan bloot (een risico dat ik bewust neem), maar mensen die hier wonen staan daar hun hele leven aan bloot en hebben geen keuze. En als je die keuze niet hebt dan denk je niet in termen van risicominimalisering, want dan word je gek. Risicominimalisering is een privilege van mensen en instanties die tot in behoorlijk detail hun omgevingsfactoren kunnen beïnvloeden. Daar ligt dus een verantwoordelijkheid van de overheid, in Nederland net zo goed als in Indonesië (denk aan Chemours of Tata-Steel).
Zo, nu heb ik het voor mezelf ook allemaal weer recht gepraat.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten